Wet op de ondernemingsraden

De Wet op de ondernemingsraden (WOR) is een wet die in 1950 werd opgesteld en in eerste instantie was bedoeld om de sfeer op de werkvloer en de productiviteit van werknemers te verhogen. De wet is door de jaren heen echter een aantal keren veranderd en is vandaag de dag vooral bedoeld om ervoor te zorgen dat werknemers binnen ondernemingen voldoende medezeggenschap hebben.

Het ontstaan van de wet

Vroeg in de 20e eeuw werd er door sociaaldemocraten al geroepen om een ondernemingsraad, nadat zij vonden dat werknemers meer medezeggenschap moesten krijgen binnen ondernemingen. Het duurde echter tot na de Tweede Wereldoorlog voor de eerste Wet op de ondernemingsraden (WOR) werd opgesteld. In die tijd, 1950, was de wet echter vooral bedoeld om het saamhorigheidsgevoel, de sfeer op de werkvloer en de arbeidsproductiviteit te verbeteren.
De intrede van medezeggenschap

De wet werd in de vele jaren die daarna volgden echter verschillende keren aangepast en in 1979, vier jaar na de oprichting van het GBIO, vond de belangrijkste wijziging plaats. Dankzij de wijziging werd de ondernemingsraad een zelfstandig ondernemingsorgaan met gekozen leden en kreeg de raad meer bevoegdheden. De ondernemingsraad die draait om medezeggenschap, zoals sociaaldemocraten deze vroeg in de 20e eeuw al wilden zien, was eindelijk geboren.

Vandaag de dag

Na de veranderingen die in 1979 werden doorgevoerd, is de Wet op de ondernemingsraden nog een aantal keren veranderd tot de wet die we nu kennen. De belangrijkste veranderingen waren vooral het vergroten van de medezeggenschap van de ondernemingsraad en de verkleining van het aantal werknemers waarbij een ondernemingsraad verplicht is.WOR

Een aantal belangrijke punten uit de Wet op de ondernemingsraden

  • Ondernemingen die meer dan 50 werknemers hebben zijn verplicht een ondernemingsraad te hebben
  • Ondernemingen met 10 tot 50 werknemers mogen op vrijwillige basis een OR opzetten of een personeelsvertegenwoordiging (PVT) instellen
  • Werkgevers zijn verplicht een PVT in te stellen wanneer de meerderheid van het personeel dit wil
  • Bedrijven met 10 tot 50 werknemers die geen OR of PVT hebben moeten hun personeel regelmatig inspraak geven op personeelsvergaderingen
  • De ondernemingsraad heeft overlegrecht, instemmingsrecht, adviesrecht en initiatiefrecht
  • OR-leden hebben recht op minimaal 5 dagen scholing per jaar
  • De werkgever moet de kosten van OR-scholing op zich nemen