Het GBIO

Het Gemeenschappelijk Begeleidingsinstituut Ondernemingsraden (GBIO) was tot 1 januari 2013 onder andere verantwoordelijk het verstrekken van subsidies op scholing voor ondernemingsraden in Nederland. De organisatie werd op 1 januari 2013 opgeheven, omdat werkgevers het systeem met subsidies te omslachtig vonden en liever een efficiënter systeem met normale marktwerking zagen.gbio

Succesvol initiatief

Het GBIO werd in 1975 in opdracht van de Sociaal Economische Raad opgericht en heeft sinds zijn oprichting de regering voorzien van advies op het gebied van medezeggenschap en ervoor gezorgd dat ondernemingsraden konden worden gevormd, dat scholing voor ondernemingsraden werd gestimuleerd en dat de kwaliteit van die scholing van een goed niveau was.

Het probleempunt

Het GBIO en de subsidie die het instituut gaf op OR-scholing werd gefinancierd door werkgevers. Alle bedrijven met een ondernemingsraad moesten 0,01 procent van de totale loonsom afdragen aan de Belastingdienst en de Belastingdienst zorgde er vervolgens weer voor dat het naar het GBIO ging en uiteindelijk weer in de vorm van subsidie op scholing voor de OR bij de bedrijven terecht kwam. Een systeem dat in de ogen van werkgevers toe was aan vernieuwing.

Andere taken

Het GBIO was er echter niet alleen om subsidie uit te delen, maar het instituut gaf ook advies op het gebied van medezeggenschap en het zorgde voor de erkenning van scholingsinitiatieven die van voldoende hoge kwaliteit waren. Voor beide taken is echter een vervangend orgaan gekomen, de CBM zal voortaan voor advies op het gebied van medezeggenschap zorgen, terwijl stichting SCOOR voortaan zorgt voor de certificering van opleidingsinstituten.

Aanscherping WOR

Om ervoor te zorgen dat het recht op scholing voor leden van de OR niet verloren gaat, heeft de regering ten tijde van de opheffing van het GBIO ook de Wet op de ondernemingsraden (WOR) aangescherpt. Er is begin 2013 vastgelegd dat ondernemingsraden recht hebben op minimaal 5 dagen scholing per jaar en dat deze scholing van voldoende hoge kwaliteit moet zijn. Daarnaast is de werkgever verplicht om de kosten van de scholing geheel op zich te nemen.